2018-03-15 Djaweps, vissen met de vogels, bij "Playa Daaibooi Beach"
Vandaag werd het één van onze favoriete strandjes, Playa Daaibooi Beach. Een strand waar eigenlijk een blind paard geen schade kan doen, maar waar altijd wel iets valt te beleven of te zien. Het is geen flitsend wit-, of oogverblindend aangelegd zwemparadijs, maar zo zijn er maar weinige op Curaçao. Dit is een strand, één van "ouwe jongens, krentenbrood", als je begrijpt wat ik bedoel. Een voldoende ruime en "bewaakte" parkeerplaats en een ware bootinlaatplaats completeren het geheel. Dit strand werd voorheen gerund, door oud "Marinier Kees". Steeds minder aanwezig in zij "Kantina", jammer genoeg.
Al bij het opstaan, kon je merken dat, er vandaag, een iets minder wind stond dan de afgelopen dagen het geval was. Daarom was het wel goed te doen om daar vandaag naartoe te gaan. Toen we rond een uur of elf, daar aankwamen, waren er op het parkeer terrein redelijk wat plaatsjes vrij, alleen een drietal grote schoolbussen, stonden over een aantal plaatsen dwars geparkeerd. Toen we het strand opkwamen was het een drukte van jewelste, met allemaal schooljeugd, die waarschijnlijk een buitenactiviteit of "hyke-onderwijs" kregen voorgeschoteld. Bij nader inzien was dat laatste eigenlijk echt niet mogelijk, want de begeleiding zag er nou niet uit, dat ze de eerste de beste heuvel zouden overleven. En dát, was slechts het opstapje van het grind gedeelte naar het strand. Dat deze begeleiding het überhaupt hadden overleefd om er te komen, was al een wonder. Maar goed, de kinderen, van rond de 13-14 jaar vermaakten zich goed, en de enige mannelijke begeleider had alles goed in de hand. Dat is míjn mening tenminste.
Kees was, zoals ik even later achterkwam, vandaag vervangen door "Chris", een jongen met een Duitse tongval, zoals later bleek een Oostenrijker, en een grote-, en zeer rondborstige en "breed-geschouderde local" jongen, als zijn assistent, waarvan ik de naam niet weet. Dus dat wordt "JZN", voor het gemak. Ik zag deze beide jongens voor het eerst en was een beetje teleurgesteld dat Kees, de altijd goedlachse, luidruchtige uitbater van het geheel, er niet was. Deze man heeft, een soort van, fotografisch geheugen voor gezichten, zodat mensen die er ooit eens, op zijn strand zijn geweest, altijd weer herkend. En dat is wel leuk. Bovendien zijn de spullen die ze verkopen, qua eten en drinken, boven de "standjes normen" kan ik jullie vertellen. Ook het aloude en door de ervaring geteste "statiegeld" op de bedjes bestaat nog steeds. Je betaald bij de "kantina" want meer kun je het oude optrekje niet noemen, waar je "jouw" bedjes voor de rest van de dag kunt ophalen. Het systeem, zoals de "JZN" mij met zijn diepe basstem uitlegde, 'U betaald 10,- gulden voor een bedje, en bij het terugbrengen ontvangt u er 5,- gulden voor terug'. Ik herinner mij nu pas dat ik, voor de mensen die nooit niet Curaçao, zijn geweest, ik nog niet verteld heb dat hier nog steeds in guldens wordt betaald. Dat jullie niet denken dat ik ben begonnen te malen. Even voor het te completeren, de waarde nu ongeveer op 50%. 100, Nafl's ongeveer 50,- Euro. Dus de 2,50 Euro voor een bedje is niet bepaald de hoofdprijs. Én geen "strand Maffia". Best prettig, is míjn mening.
Mijn moppie had eerst even de richting- en de afstand bepaald, waar ik de twee bedjes die ik op mijn nek had genomen, kon loslaten, om te gaan liggen. Er bleek redelijk dicht bij de "Kantina" een mooi plekje, onder een natuurlijke zonnekap, een mooie-, grote Palmboom, had ik mazzel aan. Terwijl ik met mijn "zware" last, zij met de dito tas naar deze plek stiefelde, kwamen we voorbij een "palapa", een soort van kunstmatige "zon-bescherming". In dit geval een huisje met een dak gemaakt van, opmaat gemaakte palmbladeren. Op een aantal stranden zijn deze al wat gemoderniseerd, maar hier zijn ze nog redelijk "local", dus zoals ze van oudsher werden gemaakt, één of vier palen en daarop de reeds genoemde afgesneden palmbladeren. In die overlevings-programma's op televisie, zie je het die lui altijd proberen te imiteren, wat steevast, na het niet kunnen creëren van een kampvuur, dit ook altijd mislukt.
Vanonder het bouwsel werd ons toegeroepen, 'die kids gaan zo weer weg hoor, dan komen er weer wat schaduwplekjes vrij', 'maar wel lekker, omdat zij er zo vroeg waren, zijn er nu nog bedjes over'. Verbaasd draaide ik mij naar de man om, die zich met zijn echtgenoot, onder het "fraaie" bouwsel hadden geposteerd. Hij had voor mij een bekend gezicht, en hij vervolgde bijna direct, 'hé verrek, jullie zijn toch van "Amalia"?', wat inderdaad een flink aantal jaren, op het eiland, ons onderkomen is geweest. Ik herkende de man, en dacht meteen aan een foto die ik ooit nam, bij de "AA kliniek", in the good old days, dat hij samen met zijn vrouw de BBQ aan het inspecteren was. Ik wist zelfs zijn voornaam nog, "Kees", niet te verwarren met de uitbater, die er nu niet was. Ik vroeg aan hem, 'Is uw achternaam niet iets met een dierennaam?', want die was mij ontschoten. Nee, antwoordde Kees en noemde zijn achternaam, die ik nu alweer kwijt ben. Ik dacht namelijk dat ik destijds een grapje had gemaakt tegen "dokter AA" dat hij Haas heette en niet te dicht bij de BBQ moest gaan staan. Foutje bedankt, blijkt nu achteraf, sorry Kees.
Na onze hernieuwde kennismaking, was het een gezellig onderonsje op het strand. En hij blijkt inderdaad ook nu nog steeds een fervente "fikkie stoker". Hij was in ieder geval nog steeds "vol vuur" aan het vertellen, over zijn BBQ en zijn tuinoven, waarin hij diverse vissoorten, waaronder Zalm aan het roken is, en deze zelfs voor zijn huidige verhuurder, op "Grote Berg" had meegenomen. Met veel genoegen vertelde hij mij zijn manier van warm- en koud roken, van de vis, het was echt heel interessant. En ja prettig, vertel mij iets en het staat de volgende dag in de "krant". Hij had onze achternaam nog wél goed onthouden, hij heeft een veel beter geheugen zo blijkt dan ik, want hij vroeg vrijwel direct hoe het met ons "sport kind" ging. Even hebben we dit onderwerp nog "behandeld", waarna de rest van het wereldnieuws werd doorgenomen. Lieve en attente mensen, naar míjn mening.
Hij attendeerde mij op de, constant duikende, Pelikanen die in een groepje van 6, vanaf hun zitplaats op een rots, in "shift's", de onder zich zwemmende visjes te lijf gingen. Tussen de zwemmende mensen door, net eroverheen scherend, was het steeds bingo. Als er "buiten gaats" veel wind staat verzamelen de kleine visjes zich meer en meer in de baaitjes, om te schuilen. Zo zag ik ook een knaap met hengel getooid, die naar het piertje liep. Dit trok natuurlijk, als echte visserman, direct mijn aandacht. Vanaf mijn ligbedje, kon ik "Manga", hij leek nogal van afstand op mijn collega van het werk, door mijn lens, goed in de gaten houden of hij iets ving. Die foto camera's van tegenwoordig, deze met een 2000mm optische zoom, kun je ook regelmatig als verrekijker gebruiken. Zo ook nu. Nadat "Manga"er een paar had gevangen, waarvan zijn hengel niet bol van stond, werd het tijd om even te gaan kijken bij de visser. Het gebruikelijke kennismaken, vragen m.b.t. het te gebruiken aas en nu eigenlijk een onnodige vraag, 'heb je al iets gevangen', want dat had ik allang gezien natuurlijk, kwam ons gesprek op gang. Nadat hij wederom een paar kleintjes aan de kant, en diverse keren zijn aas, garnaaltjes, had vervangen, ving hij een "kaha di morto", vrij vertaald een "doods-koffervis", die volgens Google wél gevaarlijk zijn, terwijl ik zei dat hij moest uitkijken 'hij bijt, en dat dat gevaarlijk is'.
""Nu staat er bij de omschrijving van deze vis omschreven als, "dat de gepantserde huid maakt het lichaam van deze vissen nogal star. In tegenstelling tot de meeste andere vissen, zwemmen koffervissen dan ook vooral met hun vinnen. Net als de kogelvissen zijn sommige koffervissen (met name uit de geslachten Lactophrys en Lactoria) in staat om bij gevaar een sterk giftige vloeistof af te scheiden".""
We zouden nog houden , omtrent de foto's die ik van hem en zijn lief, had genomen. Tot op heden heeft hij nog niet gereageerd op mijn telefoonnummer, maar "Manga" als je dit toevallig leest, reageer dan even....... Want naar míjn mening tenminste, blijkt hij toch gevaarlijker dan gedacht.
Na terugkomst eten en even een bakkie doen "in Kokkies garage", want ongeveer zo kan zijn nieuw te beginnen restaurant, aan huis, misschien wel gaan heten. Na het groeten van de trouwe viervoeter vrienden, wederom blafloos als wij aankomen, en het groeten van onze amigoenan, gingen we aan de koffie. Rietje en "Baantjer" waren ondertussen vertrokken naar Nederland en na de nodige sterke verhalen, was het alweer tijd om naar ons "huis nr42" te vertrekken. Daar nog even naar onze TV.APP gekeken, en dan weer duiken, voor een volgende dag met nieuwe belevenissen. Want naar míjn mening tenminste,hebben we weer een prettige dag "in Paradise" gekregen...... Te manan dushinan.......